Gehooronderzoek
Een goed gehoor is van groot belang voor een goede spraak- en taalontwikkeling. Gehoorproblemen komen vaker voor bij kinderen met een gehemeltespleet, maar kunnen bij alle kinderen met of zonder schisis voorkomen. Met een dopje in het oor wordt de beweeglijkheid van het trommelvlies gemeten. Dit heet tympanometrie. Daarna wordt de gehoordrempel gemeten. Kinderen vanaf drie jaar krijgen daarvoor een hoofdtelefoon op en moeten reageren op geluiden die steeds zachter worden. Dit heet toonaudiometrie. Kinderen die jonger zijn dan drie jaar moeten reageren op geluiden uit geluidsboxen. We observeren op welke geluidssterkte uw kind reageert. Dit heet spelaudiometrie.
Een gehoortest duurt 15 tot 30 minuten. U krijgt de uitslag van de audioloog mee om te bespreken met de KNO-arts. De audioloog is de specialist op het gebied van gehoor.
Keel- neus en ooronderzoek
De KNO-arts vraagt naar medische factoren en omstandigheden die van invloed kunnen zijn op het gehoor of spraak-/taalprobleem. Vervolgens onderzoekt de arts de keel, neus en oren van uw kind op uitwendige afwijkingen.